• Home | Editie | Archief | B&I Travelservice | Abonneren | Contact | |||
Colofon - V&L Info | |||
Groot Brittannië Ierland • Reisverhalen |
Voor de eerste keer naar Groot-Brittannië
met de camper Wij gaan voor de eerste keer met de camper naar Engeland. Een geheel nieuwe ervaring, dat geldt zowel voor het inschepen op de ferry als straks aan de overkant het links rijden. We gaan een korte tour maken om te ervaren of Groot Brittannië een camperbestemming is voor ons. We varen op Hull en bezoeken voor een week Yorkshire en het Peak District. De ferry Voordat we de boot op konden zijn onze paspoorten al twee keer gecontroleerd. De overtocht naar Hull vindt ’s nachts plaats. De boot, Pride of Rotterdam, vertrekt om 21.00 uur ’s avonds en komt ’s morgens om 8.00 uur Engelse tijd – er is een uur tijdsverschil –aan. Het is een zogenaamde minicruise. Een nacht aan boord, slapen in een hut en ’s avonds na het eten (buffet) zijn er diverse vormen van vertier aan boord. Dit betekent dus dat we onze spullen voor de overnachting meteen mee naar onze hut moeten nemen, want tijdens de reis is het niet mogelijk om bij de camper te komen. In de camper overnachten is verboden. Inschepen kan van 17.00 tot uiterlijk 20.00 uur. We zijn ruim op tijd zodat we nog kunnen genieten
van het uitzicht in de Skylounge. Op de bovenste verdieping van het
schip heb je een mooi uitzicht over de haven. Onze binnenhut voor 2 personen is voorzien van een
stapelbed en heeft een eigen sanitaire unit, toilet en douche. De hut
is krap en is alleen maar bedoeld om er te slapen. Het bovenste bed
zit mooi verborgen in het plafond en moet eerst nog worden uitgeklapt.
De zee is rustig zodat we prima hebben kunnen slapen. Om ongeveer half
zes worden we gewekt door de omroepinstallatie. In enkele talen krijgen
de passagiers te horen dat het ontbijt klaar staat. Na een prima douche
sluiten we aan bij het ontbijtbuffet. Hier krijgen de passagiers te
horen wanneer zij naar hun auto’s moeten gaan. De vrachtwagens
en de campers gaan eerst. Alle instructies zijn er op gericht om snel
en probleemloos het schip te verlaten. Engeland
We vervolgen onze weg naar Bolton Abbey.
De wegen zijn behoorlijk smal, dus links rijden is meestal midden op
de weg rijden. Komt er een tegenligger dan wordt er netjes op elkaar
gewacht en we krijgen soms een lichtsignaal dat de ander wacht. Lieflijke
glooiende groene weiden met de kenmerkende muurtjes worden afgewisseld
met woeste ruige heidevelden. In de Estate aangekomen zoeken we naar
een verwijzing naar de Stridwood camping. We moeten door een poort waar
het maatgevoel voor de breedte van de camper op de proef wordt gesteld.
Stapvoets komen we er ongeschonden door heen. Enkele kilometers verder
treffen we onze camping aan. Een prachtig aangelegde camping van ‘The
Caravan Club’. De camping is zo goed als vol. Navraag leert dat
het bij deze camping verstandig is om van te voren te reserveren. Leden
kunnen dit van te voren doen via internet. Je hoeft niet persé
lid te zijn van de club om toch op deze camping toegelaten te worden,
hetgeen overigens niet voor alle campings geldt. Op zich is het wel
aantrekkelijk om lid te worden want er is dan sprake van een behoorlijke
korting. Het lidmaatschap is na ongeveer 5 overnachtingen op campings
aangesloten bij deze club terugverdiend. Bovendien krijg je een uitgebreid
handboek met alle aangesloten campings. De volgende morgen wordt ons pas echt duidelijk waarom deze camping Stridwood zo populair is. Als we de poort uitlopen voor een wandeling hangt er het bordje ‘full’. We lopen naar de Strid, een smalle kloof onderin het dal waar het water van de rivier zich doorheen perst. De kloof is zo smal dat je er bijna overheen kunt springen, maar dit is levensgevaarlijk vanwege de verraderlijke stromingen. We vervolgen de bewegwijzerde route richting Abbey. De paden zijn onverhard en op enkele stukken zijn deze niet echt makkelijk te belopen voor mensen die moeilijk ter been zijn. Langs de route staan regelmatig borden wat er allemaal zo aan flora en fauna aanwezig is in dit dal. Na enkele kilometers door het loofbos te zijn gelopen ontwaren wij weer de prachtige mals groene ‘greens’ met verderop de abbey en de steppingstones die hier in de rivier zijn aangelegd. Na hier wat rondgekeken te hebben wandelen we langs de weg in de volle zon terug naar de camping. Aan het eind van de ochtend pakken we de camper en starten met een prachtige rondrit door de Yorkshire Dales (stuk van de rondrit in de gids Navigator ANWB). Dat de wegen af en toe erg smal zijn en uitwijken niet altijd mogelijk is, blijkt geen enkel probleem te zijn. Iedereen vindt het vanzelfsprekend dat je op elkaar moet wachten en hebben alle geduld als je even niet zo snel naar een inham kunt komen of een erg smalle brug over moet. Verder zijn de wegen af en toe flink steil, 15-20%. Wel is het jammer dat je onderweg niet zomaar even in de berm kunt stoppen om een mooi plaatje te schieten of even te genieten van het landschap. Op de door ons uitgezochte route zijn namelijk nauwelijks of geen bermen aanwezig en stoppen belemmert het verkeer. Stoppen is eigenlijk alleen maar mogelijk in de dorpen/plaatsjes die op de route liggen. Vrijwel altijd betaald parkeren. Van hieruit starten vaak prachtige bewegwijzerde wandelroutes door de Dales. Een wandelgebied bij uitstek. Zowel in de groene lagere delen als op de hogere ruige delen.
De volgende ochtend verlaten we de East Midlands. De volgende camping Losehill, ook CaravanClub, ligt in Castletown. Een toeristische plaats midden in het Peak District. Op weg hierheen besluiten we het Yorkshire Sculpture Park (YSP) te bezoeken net ten zuiden van Wakefield. Om hier te komen rijden we in de regen door een landschappelijk minder interessant en vooral stedelijk gebied. De route naar het park staat goed aangegeven. Daar aangekomen zetten we camper ‘dwars’ in de parkeervakken omdat er toch voldoende ruimte is. De normale parkeervakken zijn te klein. Wij worden door twee parkeerwachten op ons parkeergedrag aangesproken maar tonen begrip en we kunnen zo blijven staan. Wel natuurlijk ook hier een parkeerticket kopen. Tot onze verrassing zijn dit de enige kosten want toegang tot museum en uitgestrekt park met beelden is gratis. Wel wordt er een vrijwillige bijdrage gevraagd. Meer info: www.ysp.co.uk We rijden via de M1 verder naar onze volgende bestemming.
Op de snelweg blijft het nog wel even een vreemd gevoel dat er rechts
wordt ingehaald. Zodra we de snelweg verlaten wordt het landschap al
weer aantrekkelijker. Aangekomen in Castletown zien
we camping liggen, maar rijden eerst door tot het centrum van het plaatsje
om daar eerst nog wat verkenningen te doen. We parkeren op een parkeerplaats
voor bussen (‘coaches’) en trekken het plaatsje in. Eerst
maar eens naar ‘boven’. Hier staat een ruïne van Pevril
Castle. Bezitters
van een Heritage Pass kunnen hier gratis naar binnen. Bovenop hebben
we een mooi uitzicht over dit deel van het Peak District. Het is alleen
niet helemaal helder. Omdat er ook nog een grot aanwezig is die voor
geologen iet bijzonders moet zijn, gaan we ook maar eens kijken of wij
als leken dat ook vinden. Voordat we de grot ingaan krijgen we eerst
nog een demonstratie van de gids hoe touwen worden gemaakt. Het meest
bijzondere van de grot is de ingang. Voor het overige niet echt bijzonder
maar de gids weet er wel een boeiend, amusant verhaal van te maken.
Het valt niet mee om dit goed te volgen vanwege het dialect. Na dit
bezoek lopen we terug naar de camper en zien een gele sticker op de
raam geplakt zitten. We hadden het kunnen weten. Overal betaald parkeren,
dus hier ook. Parkeermeter even niet in de gaten gehad en dus een parkeerbon
a raison van 50 pond. In geen velden of wegen meer een parkeerwacht
te bekennen, dus proberen verhaal te halen is er ook niet bij. Dat wordt
betalen. Na de bon te hebben bestudeerd lijkt betalen met creditcard
het makkelijkst en vooral het snelst, want na een paar dagen wordt de
boete verhoogd. We zullen de campinghouder vragen om voor ons te bellen.
Op zondag kan er blijkbaar niet betaald worden en moeten we tot maandag
wachten. Dan maar bij de volgende campingbeheerder vragen. We
starten richting Buxton, een voormalig kuuroord. We
hebben hier wat bredere wegen. In Buxton aangekomen op zoek naar een
geschikte parkeerplaats. Wellicht omdat het zondag is vinden we redelijk
gemakkelijk een parkeerplaats zonder een hoogtebalk. Na een rondwandeling
door het centrum, de cresent die model gestaan heeft voor Bath, het
prachtige stadspark met daaraan gelegen de voormalige kuurgebouwen en
een bezoek aan een antiekbeurs vertrekken we richting Bakewell, een
schattig stadje bekend om zijn Bakewellpudding, uiteraard een ‘geheim’
recept. Na wat zoeken vinden we een busparkeerplaats. Navraag bij de
lokale parkeerwachten leert dat we er mogen staan maar wel een parkingticket
moeten kopen.
Chatsworth
House is onze volgende bestemming. Hoewel we gewaarschuwd zijn
dat het er wel eens erg druk zou kunnen zijn vanwege een ‘horsetrial’
wagen we het erop. Ook in deze echte hectiek blijven de Engelsen geduldig
en geven elkaar en ons de kans om vooruit te komen. De weg naar Chatsworth
gaat door glooiende weiden waar schapen en lammeren gewoon de weg over
kunnen steken. Prachtig dat dit mogelijk is. Iedereen let goed op. De
auto is te gast. Kortom: onze eerste Engeland camperervaring is goed bevallen! Informatie:
|