Home   |   Editie   |  Archief   |   B&I Travelservice    |   Abonneren  |  Contact
   Colofon - V&L Info                                                                                                                                         



   Groot Brittannië
   Ierland
   Reisverhalen

Voor de eerste keer naar Groot-Brittannië met de camper
Reisverslag camperreis naar en door Engeland

Wij gaan voor de eerste keer met de camper naar Engeland. Een geheel nieuwe ervaring, dat geldt zowel voor het inschepen op de ferry als straks aan de overkant het links rijden. We gaan een korte tour maken om te ervaren of Groot Brittannië een camperbestemming is voor ons. We varen op Hull en bezoeken voor een week Yorkshire en het Peak District.

De ferry
We gaan varen met P&O ferries en deze schepen vertrekken vanuit Rotterdam Europoort. Als we Rotterdam naderen staat Europoort al aangegeven. Na een eindje het havengebied in te zijn gereden wordt tot onze verrassing Engeland al aangegeven, we zitten nog goed. Nu nog de terminal van P&O Ferries zien te vinden. Wanneer deze borden ontwaren en we bij de terminal arriveren, sluiten wij aan in de rij met vrachtwagens. We zijn per slot van rekening “een grote jongen”. Verkeerd dus. We moeten eerst gewoon inklaren via de route van de personenauto’s en vervolgens worden we naar het dek geloodst waar ook de vrachtwagens staan. We rijden het ruim in en aan het eind krijgen we de aanwijzing hoe we moeten gaan staan. We keren als het ware weer om in het ruim, zodat we alvast in de goede rijrichting staan wanneer we het schip moeten verlaten.

Voordat we de boot op konden zijn onze paspoorten al twee keer gecontroleerd. De overtocht naar Hull vindt ’s nachts plaats. De boot, Pride of Rotterdam, vertrekt om 21.00 uur ’s avonds en komt ’s morgens om 8.00 uur Engelse tijd – er is een uur tijdsverschil –aan. Het is een zogenaamde minicruise. Een nacht aan boord, slapen in een hut en ’s avonds na het eten (buffet) zijn er diverse vormen van vertier aan boord. Dit betekent dus dat we onze spullen voor de overnachting meteen mee naar onze hut moeten nemen, want tijdens de reis is het niet mogelijk om bij de camper te komen. In de camper overnachten is verboden. Inschepen kan van 17.00 tot uiterlijk 20.00 uur.

We zijn ruim op tijd zodat we nog kunnen genieten van het uitzicht in de Skylounge. Op de bovenste verdieping van het schip heb je een mooi uitzicht over de haven.
Enkele verdiepingen lager is het restaurant waar we gebruik maken van het goed gesorteerde buffet. De drank moet apart worden afgerekend. Dat kan in euro’s of ponden. Het is inmiddels 21.00 uur een het schip komt langzaam in beweging. Na het eten slenteren we wat rond, snuffelen even in de winkels die aan boord zijn en gaan nog wat drinken in de skylounge waar een pianist ‘gouwe ouwe’ te gehore brengt.

Onze binnenhut voor 2 personen is voorzien van een stapelbed en heeft een eigen sanitaire unit, toilet en douche. De hut is krap en is alleen maar bedoeld om er te slapen. Het bovenste bed zit mooi verborgen in het plafond en moet eerst nog worden uitgeklapt. De zee is rustig zodat we prima hebben kunnen slapen. Om ongeveer half zes worden we gewekt door de omroepinstallatie. In enkele talen krijgen de passagiers te horen dat het ontbijt klaar staat. Na een prima douche sluiten we aan bij het ontbijtbuffet. Hier krijgen de passagiers te horen wanneer zij naar hun auto’s moeten gaan. De vrachtwagens en de campers gaan eerst. Alle instructies zijn er op gericht om snel en probleemloos het schip te verlaten.
We moeten weer door de douane en worden er uitgepikt voor een nadere controle. In dit geval gelukkig een beperkte controle. De camper wordt niet uitgekamd.

Engeland
Daar gaat ie dan…………. Voor het eerst links rijden. Meteen een vuurdoop, de ochtendspits in Hull. Voordeel van veel verkeer is natuurlijk wel dat je je niet snel vergist in de weghelft. Toch is het nog we even wennen. De rotondes worden hier natuurlijk met de klok mee genomen. We komen zonder al te gekke capriolen Hull uit, met dank aan het navigatiesysteem, en doen onze eerste indrukken op van het Engelse landschap.

 

 

 

 


Onze eerste bezoek aan een Engelse stad met de camper is York. Wanneer we de stad inrijden zien we een P&R-mogelijkheid. Vanaf de weg zien we al dat de camper niet door de poort kan vanwege hoogte beperking. Dan maar verder doorrijden en hopen dat er in de buurt van het centrum een geschikte parkeerplaats is. Als we het idee hebben dat we in de buurt van het centrum zijn en een parkeermogelijkheid zien zetten we de camper aan de kant in een langsparkeerhaven. Engels muntgeld hebben we nog niet en kopen wat in een winkel en kunnen dan een parkeerticket uit de automaat halen. Maximum parkeertijd 2 uur.
Op enkele honderden meters ontwaren we de stadsmuur en nemen de trap over een deel van deze muur te lopen en zo een overzicht te krijgen over het historische gedeelte van de stad. Voordat we bij de Minster komen hebben we al kennisgemaakt met de typische knusse steegjes (gates) in het centrum van York. Wat ons tijdens onze wandeling opvalt dat er nogal wat parkeerterreinen zijn voorzien van een hoogtebeperking en we er verstandig aan hebben gedaan gebruik te maken van de eerste beste parkeergelegenheid.

 

 

 

 


Op weg naar ons volgende doel Fountain Abbey komen we door Ripley, een alleraardigst dorpje wat ook al door de toerist ontdekt is. Een kasteel op een landgoed waar je geweldig kunt wandelen. Het kasteel is zelf niet te bezoeken. Net buiten het dorp is een ruime picknick/parkeerplaats waar je gratis kunt parkeren. Er staan meerdere campers. Overigens niet met de bedoeling hier te overnachten. Op weg naar Fountain Abbey gaat het landschap, Yorkshire Dales, steeds meer imponeren. Engeland wordt met de kilometer (alles staat overigens in mijlen aangegeven) mooier.
We parkeren op de plaats van de ‘coaches’, de bussen. Nu geen probleem omdat het erg rustig is. Het is lichtjes beginnen te regenen.

 

 

 

 


National Trust Fountain Abbey
ligt beneden in het dal dus de weg erheen is makkelijk. Groot landgoed met watermolen, kerkruïne, uitgestrekt park, Studley Royal Watergarden.
Na enkele kilometers komen we bij de andere ingang van het park en verlaten hier weer het park om buitenom terug te gaan naar de parkeerplaats. Bij deze uitgang is een mooie parkeerplaats/picknickweide aanwezig met een prachtig uitzicht. Door een gloeiende groene weide met prachtige oude bomen lopen wij tussen de herten terug.
Op weg naar de camping waar we zullen overnachten komen we nog een andere ‘NT-atrractie’ tegen en besluiten hier toch nog even te stoppen. Het zijn de Brimham Rocks. Bijzondere rotsformaties. Gratis parkeren en bezichtiging. Behalve het bekijken van de rotsformaties is het ook uitdagend om ze te beklimmen wat niet helemaal zonder gevaar is. Op de borden wordt hiervoor gewaarschuwd. Je hebt dan een mooi uitzicht over het dal.

We vervolgen onze weg naar Bolton Abbey. De wegen zijn behoorlijk smal, dus links rijden is meestal midden op de weg rijden. Komt er een tegenligger dan wordt er netjes op elkaar gewacht en we krijgen soms een lichtsignaal dat de ander wacht. Lieflijke glooiende groene weiden met de kenmerkende muurtjes worden afgewisseld met woeste ruige heidevelden. In de Estate aangekomen zoeken we naar een verwijzing naar de Stridwood camping. We moeten door een poort waar het maatgevoel voor de breedte van de camper op de proef wordt gesteld. Stapvoets komen we er ongeschonden door heen. Enkele kilometers verder treffen we onze camping aan. Een prachtig aangelegde camping van ‘The Caravan Club’. De camping is zo goed als vol. Navraag leert dat het bij deze camping verstandig is om van te voren te reserveren. Leden kunnen dit van te voren doen via internet. Je hoeft niet persé lid te zijn van de club om toch op deze camping toegelaten te worden, hetgeen overigens niet voor alle campings geldt. Op zich is het wel aantrekkelijk om lid te worden want er is dan sprake van een behoorlijke korting. Het lidmaatschap is na ongeveer 5 overnachtingen op campings aangesloten bij deze club terugverdiend. Bovendien krijg je een uitgebreid handboek met alle aangesloten campings.
De plaatsen op deze camping bestaand uit een met grit verhard gedeelte waar we perfect onze camper op kunnen parkeren. Hiernaast ligt een strook gras om tafel en stoelen neer te zetten. De maximale verblijfstijd op camping van de Caravan Club is maximaal 7 dagen.

De volgende morgen wordt ons pas echt duidelijk waarom deze camping Stridwood zo populair is. Als we de poort uitlopen voor een wandeling hangt er het bordje ‘full’. We lopen naar de Strid, een smalle kloof onderin het dal waar het water van de rivier zich doorheen perst. De kloof is zo smal dat je er bijna overheen kunt springen, maar dit is levensgevaarlijk vanwege de verraderlijke stromingen. We vervolgen de bewegwijzerde route richting Abbey. De paden zijn onverhard en op enkele stukken zijn deze niet echt makkelijk te belopen voor mensen die moeilijk ter been zijn. Langs de route staan regelmatig borden wat er allemaal zo aan flora en fauna aanwezig is in dit dal. Na enkele kilometers door het loofbos te zijn gelopen ontwaren wij weer de prachtige mals groene ‘greens’ met verderop de abbey en de steppingstones die hier in de rivier zijn aangelegd. Na hier wat rondgekeken te hebben wandelen we langs de weg in de volle zon terug naar de camping.

Aan het eind van de ochtend pakken we de camper en starten met een prachtige rondrit door de Yorkshire Dales (stuk van de rondrit in de gids Navigator ANWB). Dat de wegen af en toe erg smal zijn en uitwijken niet altijd mogelijk is, blijkt geen enkel probleem te zijn. Iedereen vindt het vanzelfsprekend dat je op elkaar moet wachten en hebben alle geduld als je even niet zo snel naar een inham kunt komen of een erg smalle brug over moet. Verder zijn de wegen af en toe flink steil, 15-20%. Wel is het jammer dat je onderweg niet zomaar even in de berm kunt stoppen om een mooi plaatje te schieten of even te genieten van het landschap. Op de door ons uitgezochte route zijn namelijk nauwelijks of geen bermen aanwezig en stoppen belemmert het verkeer. Stoppen is eigenlijk alleen maar mogelijk in de dorpen/plaatsjes die op de route liggen. Vrijwel altijd betaald parkeren. Van hieruit starten vaak prachtige bewegwijzerde wandelroutes door de Dales. Een wandelgebied bij uitstek. Zowel in de groene lagere delen als op de hogere ruige delen.

 

 

 

 



In Grassington hebben we een tussenstop gemaakt en hebben dit toeristische dorpje bekeken. Omdat we nu het een gebied ingaan wat weinig bevolkt is, besluiten we eerst maar te tanken. ‘Last stop before the desert’ volgens de man van de lokale tourist board. Het is inderdaad een indrukwekkend ruig en verlaten gedeelte. In de periode dat wij er waren (mei)hadden we nauwelijks ‘last’ van tegenliggers.
Op zich kan je er redelijk ontspannen rondrijden met een camper. De bewegwijzering is goed en met een goede gedetailleerde kaart kun je overal komen, ook al is een navigatiesysteem soms wel erg handig. Het laatste stuk laten wij ons hier dan ook door leiden naar de camping.

 

De volgende ochtend verlaten we de East Midlands. De volgende camping Losehill, ook CaravanClub, ligt in Castletown. Een toeristische plaats midden in het Peak District. Op weg hierheen besluiten we het Yorkshire Sculpture Park (YSP) te bezoeken net ten zuiden van Wakefield. Om hier te komen rijden we in de regen door een landschappelijk minder interessant en vooral stedelijk gebied. De route naar het park staat goed aangegeven. Daar aangekomen zetten we camper ‘dwars’ in de parkeervakken omdat er toch voldoende ruimte is. De normale parkeervakken zijn te klein. Wij worden door twee parkeerwachten op ons parkeergedrag aangesproken maar tonen begrip en we kunnen zo blijven staan. Wel natuurlijk ook hier een parkeerticket kopen. Tot onze verrassing zijn dit de enige kosten want toegang tot museum en uitgestrekt park met beelden is gratis. Wel wordt er een vrijwillige bijdrage gevraagd. Meer info: www.ysp.co.uk

We rijden via de M1 verder naar onze volgende bestemming. Op de snelweg blijft het nog wel even een vreemd gevoel dat er rechts wordt ingehaald. Zodra we de snelweg verlaten wordt het landschap al weer aantrekkelijker. Aangekomen in Castletown zien we camping liggen, maar rijden eerst door tot het centrum van het plaatsje om daar eerst nog wat verkenningen te doen. We parkeren op een parkeerplaats voor bussen (‘coaches’) en trekken het plaatsje in. Eerst maar eens naar ‘boven’. Hier staat een ruïne van Pevril Castle. Bezitters van een Heritage Pass kunnen hier gratis naar binnen. Bovenop hebben we een mooi uitzicht over dit deel van het Peak District. Het is alleen niet helemaal helder. Omdat er ook nog een grot aanwezig is die voor geologen iet bijzonders moet zijn, gaan we ook maar eens kijken of wij als leken dat ook vinden. Voordat we de grot ingaan krijgen we eerst nog een demonstratie van de gids hoe touwen worden gemaakt. Het meest bijzondere van de grot is de ingang. Voor het overige niet echt bijzonder maar de gids weet er wel een boeiend, amusant verhaal van te maken. Het valt niet mee om dit goed te volgen vanwege het dialect. Na dit bezoek lopen we terug naar de camper en zien een gele sticker op de raam geplakt zitten. We hadden het kunnen weten. Overal betaald parkeren, dus hier ook. Parkeermeter even niet in de gaten gehad en dus een parkeerbon a raison van 50 pond. In geen velden of wegen meer een parkeerwacht te bekennen, dus proberen verhaal te halen is er ook niet bij. Dat wordt betalen. Na de bon te hebben bestudeerd lijkt betalen met creditcard het makkelijkst en vooral het snelst, want na een paar dagen wordt de boete verhoogd. We zullen de campinghouder vragen om voor ons te bellen. Op zondag kan er blijkbaar niet betaald worden en moeten we tot maandag wachten. Dan maar bij de volgende campingbeheerder vragen.
Een intensief dagje Peak District met als eindbestemming camping in ClumberPark Worksop ten oosten van het Peak District.

We starten richting Buxton, een voormalig kuuroord. We hebben hier wat bredere wegen. In Buxton aangekomen op zoek naar een geschikte parkeerplaats. Wellicht omdat het zondag is vinden we redelijk gemakkelijk een parkeerplaats zonder een hoogtebalk. Na een rondwandeling door het centrum, de cresent die model gestaan heeft voor Bath, het prachtige stadspark met daaraan gelegen de voormalige kuurgebouwen en een bezoek aan een antiekbeurs vertrekken we richting Bakewell, een schattig stadje bekend om zijn Bakewellpudding, uiteraard een ‘geheim’ recept. Na wat zoeken vinden we een busparkeerplaats. Navraag bij de lokale parkeerwachten leert dat we er mogen staan maar wel een parkingticket moeten kopen.
De rit gaat verder naar Haddon Hall, een middeleeuws kasteel met een ‘originele’ inrichting van die tijd. Door de beheerder van het parkeerterrein worden wij hier ook verwezen naar de standplaats voor de bussen.

 

 

 

Chatsworth House is onze volgende bestemming. Hoewel we gewaarschuwd zijn dat het er wel eens erg druk zou kunnen zijn vanwege een ‘horsetrial’ wagen we het erop. Ook in deze echte hectiek blijven de Engelsen geduldig en geven elkaar en ons de kans om vooruit te komen. De weg naar Chatsworth gaat door glooiende weiden waar schapen en lammeren gewoon de weg over kunnen steken. Prachtig dat dit mogelijk is. Iedereen let goed op. De auto is te gast.
Na een bliksembezoek aan Chatsworth op weg naar Worksop. We hebben onze navigatie maar eens ingeschakeld. Tot op heden ging dat altijd goed. Eerst nog flink wat files vanwege de trial. We volgen de instructies van het navigatiesysteem maar voelen nattigheid omdat we naar het noorden worden gestuurd terwijl volgens de kaart het Clumberpark ten zuiden van Worksop moet liggen. Toch maar doorrijden, tot op heden altijd goed gegaan. Nu niet dus. Dan maar naar Clumberpark volgens de kaart. Daar aangekomen is de camping nergens aangegeven en we zijn door de files al erg laat (te laat). We hebben een afspraak in een restaurant dus we besluiten dan toch maar meteen daar naartoe te gaan. Toch maar weer de TomTom. Nu gaat dit wel feilloos. Omdat de naam van het restaurant niet direct zagen, vragen we dit aan een paartje wat voorbijliep. We staan er ongeveer voor. Om te parkeren steek ik een kruising over om te parkeren. Komt de jongeman er aan gerend om te vertellen hoe we weer terug kunnen komen want we parkeren is een éénrichtingsstraat. Behulpzaam die Engelsen.
Na het eten rijdt een taxichauffeur ons voor naar de camping. Hadden we nooit kunnen vinden. Een gedetailleerde toegangsroute is in dit geval zonder meer noodzakelijk. Het verblijf op deze camping was dus zeer kort, maar ook dit was een zeer verzorgde complete camping met een behulpzame campingbeheerder die mijn betaling voor de parkeerbon geregeld heeft. Ik was blij dat ik dat hem gevraagd had want het viel nog niet mee om het zo betaald te krijgen. De laatste dag is aangebroken. Rond vijf uur in de namiddag moeten we inschepen voor de terugreis.
Onderweg bezoeken we een eeuwenoude eik in het Sherwood Forest. Ook het domein van Robin Hood. In het bezoekerscentrum wordt ook aandacht besteed aan deze ‘geschiedenis’. Vervolgens op weg naar Lincoln met Minster, de filmset van de Da Vinci Code, kasteel en Magna Carta. We parkeren ‘boven’ aan de kant van de weg in de buurt van de kathedraal en kasteel. Via steephill, idyllische smalle straatjes, dalen we af naar het centrum en het waterfront.
De route naar hull verloopt voorspoedig. Onderweg komen we twee tolbruggen tegen. De kosten zijn zeer beperkt en wegen niet op tegen omrijden.
De procedure van het inschepen verloopt volgens de heenreis.

Kortom: onze eerste Engeland camperervaring is goed bevallen!

Informatie:
P&O : www.poferries.nl
Visit Britain voor o.a. Heritage Pas http://www.visitbritain.com/VB3-nl-NL/index.aspx
The Caravan Club www.caravanclub.co.uk